Veel

ik wil je al mijn liefde geven
en is dat veel ? kan je me vragen
het zijn ’s winters mijn koude voeten
en ’s zomers de warmte van mijn adem
het zijn de woorden die ik schrijf op vroege uren
( ik ben om brood. direct terug. k’ou van jou )
het is een tafeltje voor twee, om half negen
en ik wil er graag één om half zeven,
met kinderstoel
het is mijn mond die je alles vraagt
het is die mond die soms heel stil zwijgt
het zijn mijn ogen die je dolgraag zien
ook in het donker, en als je er niet bent
het zijn mijn tranen die tegen je leunen
met mijn lach zal ik je ondersteunen
ik zal er zijn als je straks wakker wordt
en als het regent, tezamen met je klagen

ik wil je al je liefde vragen
en dat is veel, dat kan ik zien

Plaats een reactie